OVER DE KUNSTENAAR

over het werk

Het geplande, ontworpen landschap als inspiratiebron

Een landschap laat zich in lagen ontleden. Zeefdruk is een grafische techniek die daarmee goed kan worden gecombineerd: laag voor laag, kleur voor kleur wordt het beeld in een arbeidsintensief proces opgebouwd. Het werk is figuratief van aard en heeft vaak klassieke thema’s tot onderwerp: een veld met hooirollen, polderstructuren, een bocht met waarschuwingspijlen in een landelijke weg of een spoorwegbrug in de stad. Beelden die je overal tegen kunt komen en waar je niet omheen kan. Rationaliteit als basis voor heldere structuren: man made met een duidelijke rol voor de natuur. Het merendeel van de zeefdrukprenten is uit natuurlijke kleuren opgebouwd en heeft in de laatste drukgang een opvallende kleur meegekregen. Een stevige structuur, ritme en perspectief zijn de vaste ingrediënten van de zeefdrukken. Ontdaan van franje zijn de landschappen teruggebracht tot hun essentie. Zeefdruk is een perfecte techniek om het beeld strak en geordend te maken. Het landschap, dat vaak rommelig is, is opgeruimd en helder in de zeefdrukken weergegeven. Het begrip ‘landschap’ moet  breed worden opgevat: zowel het min of meer natuurlijke cultuurlandschap als het stadslandschap zijn bronnen van inspiratie. De prenten zijn in een kleine oplage gedrukt op zuurvrij, wit ivoorkarton.

Portret_RvS.png


over de maker

Rob van Schijndel (1950) is als zeefdrukker actief in het grafisch atelier van Cultuurhuis de Garenspinnerij in Gouda. De kneepjes van het zeefdrukvak zijn hem bijgebracht door de Haagse graficus Ruud Aarbodem. Voor het zeefdrukontwerp gebruikt hij doorgaans fotografie als basistechniek in combinatie met teken- en schildertechniek. Sedert 2001 staat het zeefdrukatelier bij de Garenspinnerij onder zijn leiding. Hij geeft er cursussen en tweedaagse workshops voor kleine groepen.


over de techniek

Zeefdruk is een grafische doordruktechniek, waarbij drukinkt door een op een zeef aangebracht sjabloon wordt geperst.
Op een houten of metalen raam wordt heel strak een fijn gaas gespannen. Het gaas op dit raam wordt dichtgemaakt met een inktbestendige laag, behalve op die plaatsen waar moet worden afgedrukt. Deze ‘zeef’ wordt gevuld met inkt en boven het afdrukpapier gebracht. Met een rubberstrip, de ‘rakel’, wordt de inkt door de openingen (het sjabloon) door het gaas gedrukt op het eronderliggende papier. Dit is, simpel beschreven, voor elke kleur de te verrichten handeling.